Vanwege corona hebben de trainingen een tijd stilgelegen, net als de rest van het maritieme leven op het eiland. Langzaam pakt de stichting de draad weer op. Voorzitter Lorraine Talmi hoopt vurig dat de economie opkrabbelt, zodat de cursisten een hoopvoller toekomstperspectief krijgen.
Op Sint Maarten wemelt het normaalgesproken van de toeristen, met name uit Noord-Amerika. Boottochten zijn de grootste trekpleisters. “Veel toeristen reizen vanuit hier de Caraïben op en neer. Het is heel gemakkelijk om vanaf dit eiland een dagtocht te maken naar nabijgelegen eilanden”, vertelt Lorraine. “Sint Maarten ligt ook op de route van veel cruiseschepen en in het winterseizoen is het eiland een thuishaven voor megajachten vanuit de hele wereld.”
Maritieme trainingen
De maritieme industrie op Sint Maarten genereert ook veel banen. “Helaas met name voor buitenlandse werknemers. Hier op het eiland zijn veel kwetsbare jongeren. De opleidingskansen zijn miniem. Jongeren groeien vaak op in arme gezinnen.”
“Na orkaan Irma verliet veel gekwalificeerd personeel van charterboten het eiland, terug naar het thuisland. Tegelijkertijd hadden we hier een enorme lokale werkloosheid onder jongeren. Dat is hoe het idee van maritieme trainingen is ontstaan. Omdat de inwoners hier een Nederlands paspoort hebben, kunnen ze overal ter wereld op schepen werken, ontzettend waardevol.”
Meer zelfvertrouwen
“Na het afronden van ons programma krijgen de jongeren alle internationaal erkende certificeringen voor het varen op zee. De cursus biedt een echte kans om arbeidskansen in de maritieme sector te vergroten voor kwetsbare jeugd.”
“We hebben twaalf studenten per cursus, tussen de 18 en 34 jaar oud. De ene week trainen ze op het water, de andere week leren ze over onderhoud. Ze leren hoe ze een boot moeten repareren, doen kennis op over materialen en leren communiceren en problemen op te lossen. Veel deelnemers komen niet goed mee op school. Hier leren ze werken als een team. Ze gaan positiever over zichzelf denken.”
Sint Maarten op slot
Lorraine is trots op de succesverhalen. “Neem Shaeeza, een van onze studenten. Zij is als lid van de crew op een racejacht de Atlantische Oceaan overgestoken en wil nu een professionele zeilbootracer worden. Een ander deelneemster werkt nu bij de Nederlandse kustwacht. We leveren kapiteins af en allerlei andere crewleden. Totdat corona toesloeg.”
De afgelopen maanden zijn niet gemakkelijk geweest op het eiland. Veel gezinnen zijn er flink op achteruit gegaan. “We gingen op slot. De economie kwam tot stilstand zonder toeristen. Bedrijven gingen dicht. Het was vreselijk stil. Gewoon midden op een trainingsdag zijn de studenten naar huis gegaan. We bleven ze aansporen en zijn doorgegaan met het afnemen van mondelinge examens. We maken ons grote zorgen, want als ze de training afmaken, waar moeten ze dan werken? De cruise-industrie ligt op z’n gat.”
Hoopvol
“We zijn nu net weer begonnen, maar het is nog niet als vanouds. We hoorden bijvoorbeeld dat sommige deelnemers de 5 dollar voor de bus om hierheen te komen niet meer konden betalen. Daar moesten we dan allerlei oplossingen voor verzinnen, zoals bevriende taxichauffeurs inschakelen om ze te vervoeren.”
Toch is Lorraine hoopvol. Vooral omdat de Kids at Sea Foundation, mede dankzij de steun van het Oranje Fonds, de afgelopen jaren de kans kreeg om zichzelf op de kaart te zetten. “Door die structurele steun konden we ons focussen op onze kerntaken. Ook stelt erkenning van zo’n belangrijk fonds ons in staat om andere fondsen te benaderen. En dat is noodzakelijk om meer kinderen een toekomst te kunnen geven op Sint Maarten.”